De Amerikaanse beurstoezichthouder SEC gaat misschien onderzoeken of Boeing de kosten en verwachte verkopen van twee van zijn populairste toestellen op de juiste wijze in zijn boekhouding heeft verwerkt.
Dat stelden bronnen rond de vliegtuigfabrikant donderdag, schrijft Bloomberg. Of er werkelijk een onderzoek komt, is nog niet helemaal zeker.
Het onderzoek, dat ingeleid zou zijn na openbaringen van een klokkenluider, richt zich op de jongste versie van de ‘oerjumbo’ 747 en de moderne 787 Dreamliner. Voor beide modellen stelde Boeing winstramingen op voor een lange periode. Boeing voorspelde onder meer dat het uiteindelijk winst zal maken op Dreamliners, ondanks bijna 29 miljard dollar aan kosten.
Terugverdienen duurt lang
Een nieuw vliegtuig ontwerpen, ontwikkelen en bouwen brengt enorme kosten met zich mee. Pas als een toestel succesvol vliegt en aan luchtvaartmaatschappijen verkocht kan worden, zal de bouwer de kosten gaan terugverdienen. Pas bij de bouw van vele honderden of zelfs duizenden exemplaren kan de ontwikkelaar werkelijk geld verdienen.
Door de ontwikkelingskosten uit te smeren over meerdere jaren, blijven de boeken van Boeing in balans. De SEC en andere toezichthouders gaan akkoord met deze methode, die ook opgenomen is in het handboek voor goed boekhouden, Generally Accepted Accounting Principles. Maar volgens critici kunnen op die manier potentiële financiële tegenvallers worden gemaskeerd. De regels zijn breed te interpreteren en daarom zelden in te delen in ‘goed’ of ‘fout’.
Te optimistisch
Boeing is wellicht te optimistisch geweest over de vooruitzichten voor verkopen, stelt Bloomberg. Andere mogelijkheid is dat de afnemende productiekosten te voordelig zijn ingeschat.
Zowel de flitsende 787 'Dreamliner' als de meest recente 8-serie van de oorspronkelijk jumbo 747 zijn twee van Boeings meest herkenbare producten. Luchtvaartkenners hebben zich vaak hardop afgevraagd of de kosten van de enorme projecten wel terug te verdienen zijn. Beide toestellen kwamen na talloze kinderziektes en ontwikkelingsproblemen veel later op de markt dan gepland.
Van de Dreamliner zijn vooralsnog minder dan 400 exemplaren gebouwd. In de boeken staan nog bestellingen voor 1100 stuks, waarmee Boeing het geschatte punt van winstgevendheid bij 1300 stuks zou overtreffen. De verdiensten op de latere exemplaren zal volgens Boeing hoger zijn, wegens grotere efficiëntie in de assemblage. Credit Suisse houdt echter rekening met een verlies van 7,5 miljard dollar op de Dreamliner.
Op het 747-8-programma heeft de Amerikaanse vliegtuigbouwer al 2,6 miljard dollar moeten afschrijven. De productie is teruggeschroefd, maar Boeing hoopt nog steeds op winst met een paar tientallen toestellen meer. Maar ondanks de aanpassingen is de verouderde 747 niet populair en Boeing krijgt slechts twee orders per jaar, gemiddeld. Slechts 102 van de toestellen zijn afgleverd bij klanten.
Boeing en de SEC wilden niet inhoudelijk reageren. Beleggers daarentegen reageerden onthutst en bezorgden Boeing een koersverlies van ruim 7 procent.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl